Seen from Space: Telecom en media, een uiteenlopende blik?

FacebookTwitterLinkedIn

Zonder veel tamtam voert de federale telecomregulator BIPT elk jaar sinds 2012 een enquête naar de perceptie van consumenten over één van zijn actiedomeinen op de Belgische markt van elektronische communicatie. De recentste editie verscheen begin oktober 2021 en werd gevoerd in maart dit jaar. Dat gebeurde op grote schaal via een vragenlijst per post (wat niet meer gebruikelijk is, maar wel een behoorlijk retourpercentage van 22% opleverde). Het gros van de vragenlijst gaat uiteraard over de materies waarmee het instituut zich bezighoudt, maar hij levert ook randinformatie op, zoals de penetratie van de verschillende communicatiediensten of -oplossingen.

Een deel van de aldus vergaarde informatie zal niemand verbazen, zoals de hegemonie van de mobiele telefoon (93% voor heel België) of de alomtegenwoordigheid van internet thuis (91%). Andere gegevens zijn dan weer wel verrassend, zoals dat van de digitale televisie die afklokt op 81% in maart 2021, de periode waarin de enquête gevoerd werd, komende van 85% de drie vorige jaren. Ook onverwacht is de aanhoudende aanwezigheid van analoge televisie (beperkt maar reëel).

Wat de historische evoluties betreft, beantwoordt de afname van de vaste telefoon aan de verwachtingen: hij heeft nog een penetratie van minder dan 50%. Idem dito voor de doorbraak van de tv-consumptie via internet of VOD. De profilering die de studie mogelijk maakt is vrij origineel, waar ze zich baseert op de maandelijks verklaarde netto-inkomsten. Uiteraard blijken de mensen in de hogere schijven consumenten van meer verschillende diensten (met inbegrip van de analoge televisie die geen verband lijkt te houden met economische overwegingen). “Het inkomen beïnvloedt – meer nog dan de leeftijd – of iemand al dan niet beschikt over bepaalde telecomdiensten”, aldus het onderzoek terecht. Er is een duidelijke correlatie tussen de waaier van gebruikte diensten en het welstandsniveau van de respondenten.

Nog volgens de BIPT-studie is de rol van de leeftijd complexer: die speelt bijvoorbeeld voor de sterkere aanwezigheid van de vaste telefoon bij senioren of een sterk gebruik van telefoon via internet bij de jongeren dan 25 (waartoe ook WhatsApp, Facebook Messenger en co behoren). De leeftijdscategorie die het grootste aantal telecom- en andere diensten verbruikt, is die van de 45-54-jarigen, wellicht omdat deze levensfase die is waarin individuen in gezinnen met adolescenten wonen – en die zijn grootverbruikers van dit soort technologieën.

Redactie: MM.