Oorlog, terrorisme en de huidige pandemie: crisissen wekken elke keer een honger naar informatie en die komt ten goede aan alle media die gespecialiseerd zijn in deze niche. Nieuwszenders staan in deze omstandigheden dan ook in de frontlinie.
LN24 dat vorig jaar in september in mineur van start ging, haalde bereikcijfers die we gerust als marginaal mogen bestempelen: een “dagelijks bereik” (minstens 10 minuten) van iets meer dan 50.000 individuen, wat overeenkomt met 1% op de alle volwassenen en een bereikaandeel van 0,3%. Op zijn referentiedoelgroep – de 25-54-jarigen uit de bevoorrechte sociale groepen – waren de prestaties van LN24 niet veel beter: 0,4% in aandeel en iets minder dan 1% in “bereik”. Met een consumptie die zich vooral live afspeelt, wat normaal is voor een nieuwszender.
Maar toen was daar de lockdown en deed zich een zeker “CNN-effect” voor. Bereikaandelen verdrievoudigden en meer nog, de penetratie ook. Die verzesvoudigde zelfs bijna op de referentiedoelgroep van de zender. We moeten daarbij wel alle verhoudingen in acht nemen: in deze crisiscontext steeg de televisieconsumptie enorm en het aandeel van LN24 bleef bescheiden: 2 tot 3% op de beste dagen. De laatste dagen (sinds week 14, die van 30 maart) vertonen trouwens een zekere vertraging, ook al blijven de bereikcijfers beduidend hoger dan die voor de crisis. Heeft LN24 zijn “momentum” gehad, wetende dat de zender nooit de status van leader heeft opgeëist, maar bescheiden ambities koesterde?
De grote vraag voor de zender is in welke mate het gewijzigde gedrag van tijdens de crisis achteraf ook zal aanhouden. En dat zal niet noodzakelijk zomaar lukken. In Le Soir op 25 april waarschuwde mediasocioloog Jean-Marie Charon dat geen enkele crisis, zoals de Golfoorlog of de aanslagen, er ooit in geslaagd is de bereikcijfers duurzaam te consolideren. Maar aangezien de huidige crisis ongezien is, zal deze stelling misschien voor het eerst minder waar zijn?