Seen from Space: Waarom het krantencontract brandend actueel is

FacebookLinkedIn

Bij het afsluiten van dit nummer is een van de hete hangijzers in België de mogelijkheid dat bpost het contract voor de persbedeling verliest aan twee concurrenten, de ene voor dagbladen en de andere voor tijdschriften. Dat het dossier wrevel wekt bij de betrokken uitgevers, vooral aan Franstalige zijde, is een understatement.

Als we kijken naar de echtverklaarde oplagecijfers van het CIM, is dat heel begrijpelijk. Als we kijken naar de dagbladpers in 2022 (de laatst beschikbare gegevens), dan zien we dat het overgrote deel van de verkoop van de printexemplaren via abonnementen verkocht (en dus bedeeld) wordt: maar liefst 91% voor Vlaamse kranten en 78% voor de pers in het zuiden van het land.

Als het gaat om zo’n groot aandeel in de omzet, is het logisch dat het onderwerp de aandacht trekt. Des te meer omdat het businessmodel in de loop der jaren drastisch is veranderd: 15 jaar geleden, in 2007, was de verkoop bijna 50/50 verdeeld tussen losse nummers en abonnementen. Vandaag bestaat de lezersmarkt voor het overgrote deel uit abonnementen, na jaren van groei.

Voor 2022 is het belangrijk op te merken dat de gegevens met betrekking tot de printverkoop niet langer volledig zijn: in juni schreven we al dat een nieuwe ‘alternate’ classificatie nu de verkoop van papieren en digitale edities omvatte volgens de dag van de week. Een onbekend deel van de printexemplaren is dus toegevoegd aan de printverkoop waarnaar als zodanig wordt verwezen, en meer specifiek aan de abonnementen. De zeer hoge ratio’s die we hebben berekend, zijn dus minimumcijfers.

Natuurlijk kan de drukte rond print verbazen, als je weet dat de betrokken uitgevers midden in een grote verschuiving naar digitaal zitten. Maar volgens het World Press Trends rapport zal in 2022 niet minder dan 80% van de inkomsten van de directe pers in de wereld nog steeds afhankelijk zijn van de verkoop van print, waarbij een aanzienlijk deel (51%) afkomstig zal zijn van lezersinkomsten en de rest (29%) van reclame.

Dichter bij huis wordt deze realiteit geïllustreerd door de woorden van de vertrekkende directeur van IPM: “Een digitale abonnee brengt half zoveel op als een papieren abonnee, en voor reclame vertegenwoordigt een internetgebruiker vier keer minder geld dan een papieren lezer”. Papier mag dan achteruitgaan, voorlopig blijft het een belangrijk element in de reclamemix.

https://www.space.be/img/upload/cb7703131571c8a39a5394a864c8f28a.jpeg

Redactie: MM.