Deze week werd bekendgemaakt dat de markt voor videogames in 2021 zo’n 600 miljoen euro waard was in België. Dat is een bescheiden stijging na 2020, het jaar van de eerste lockdown. Tegelijkertijd was 2021 volgens de Global Web Index (GWI) een jaar van stabilisatie voor gaming via fysieke drager.
De penetratie van de spelconsole lijkt zich te hebben gestabiliseerd op ongeveer 50% per dag in het universum van de studie (internetgebruikers van 16-64 jaar). Ook de aangegeven gebruiksduur blijft op ongeveer een uur en een kwartier per dag. Er is dus geen sprake meer van een razendsnelle opmars.
Het afgelopen jaar waren de gebruikers van de spelconsole vooral te vinden bij de jongere generaties, hoofdzakelijk mannen onder de 35 jaar en de minder bevoorrechte inkomensgroepen, vooral in het zuiden van het land. Maar het door de Global Web Index verschafte beeld is niet volledig: het heeft alleen betrekking op consolegebruik, terwijl de het aandeel van de fysieke gaming volgens de industrie 58% bedraagt en dat van online gaming 42%.
Kortom, de GWI vertelt niet het hele verhaal over de gaming wereld en de stabilisatie die de recentste cijfers suggereren, houdt geen rekening met een mogelijke toename van het online gamingsegment via minder specifieke devices, zoals de computer of de smartphone. Elders in de GWI blijkt uit vragen over spelactiviteiten dat gratis spelletjes de meest genoemde optie zijn, gevolgd door gedeelde online games. In beide gevallen is het gebruik van een fysiek device niet nodig; de stabiele cijfers zijn dus vooral hypothetisch.
Redactie: MM.